Kaakklachten

Pijn in het kauwstelsel

Patiënten kunnen de volgende klachten in het kauwstelsel hebben:

moeilijkheden met het functioneren van het kauwstelsel, zoals pijn in het kaakgewricht of de kauwspieren

problemen met het openen en/of sluiten van de mond, knappen of schuren van het kaakgewricht

en hier aan gerelateerde pijn in oor, nek of hoofd (soms ten gevolge van overbelasting van de kaak door bijvoorbeeld tandenknarsen en -klemmen, of andere parafuncties) en aangezichtspijn.

Eerst wordt, indien mogelijk, een diagnose gesteld en daarna een eventueel behandeltraject bepaald. Daar(langdurige) pijnklachten vaak een multifactoriële oorsprong hebben, vindt de behandeling regelmatig plaats in samenwerking met een andere hulpverlener (bijvoorbeeld een tandarts-endodontoloog, een fysiotherapeut, een logopedist, een KNO-arts, een pijnarts, een reumatoloog of een psycholoog).

De meest voorkomende kaakklachten zijn pijnlijke of vermoeide kauwspieren, een beperkte of scheve mondopening en kaakgewrichtsgeluiden. Kaakklachten kunnen een uitstralende pijn naar de omgeving van het oor en het oor zelf geven. Zelfs hoofdpijn en nekpijn kunnen te maken hebben met stoornissen in het kauwstelsel. Kaakklachten kunnen ook leiden tot allerlei beperkingen in dagelijkse activiteiten: een broodje eten, praten of gapen. Indirect kunnen kaakklachten zelfs leiden tot problemen bij het werk, in het gezin of het sociale leven.

Kaakklachten worden vaak veroorzaakt door een overbelasting van de kauwspieren of het kaakgewricht. Die overbelasting kan optreden doordat u onbewust verkeerde mondgewoontes hebt ontwikkeld.

Mensen met kaakklachten hebben bijvoorbeeld vaak onbewust de gewoonte om langdurig hun kiezen op elkaar te klemmen of om de tanden van de onderkaak langs die van de bovenkaak te schuren (knarsen). Dit laatste gebeurt vooral ’s nachts. Stress is van invloed: de klachten kunnen toenemen bij een langdurige stresssituatie (bijvoorbeeld door werk of persoonlijke omstandigheden).

Wat zijn verkeerde mondgewoontes?

Tandenknarsen, klemmen, tongpersen, lipbijten, pennen bijten, nagelbijten, kauwgom kauwen, potloden of pennen bijten. Veel van deze gewoonten hebben gemeen dat de onderkaak naar voren wordt gebracht.

Kaakgewrichten Waar doen de klachten zich voor?

Acute pijnklachten kunnen zich voordoen in de kauwspieren (A) en het kaakgewricht (B) zelf (zie afbeelding hierboven). Als de pijn langer aanhoudt, kan deze ook uitstralen naar andere gebieden (veelal op het hoofd of in het gezicht). Schurende of knappende geluiden komen uit het gewricht.

Wat kunt u zelf doen?

Ga voor uzelf na welke verkeerde mondgewoontes u hebt en probeer deze te vermijden. Vermijd of beperk stresssituaties zo veel mogelijk. Juist tijdens deze situaties is het vaak moeilijk om verkeerde mondgewoontes te voorkomen, omdat u zich in deze situaties misschien letterlijk ‘verbijt’. Als het niet mogelijk is om stresssituaties te beperken, wees u dan wel bewust van verkeerde mondgewoontes en probeer deze te vermijden.

Adviezen bij pijnlijke kauwspieren:

Ontspan de kauwspieren zo veel mogelijk:

de tanden en kiezen van de onderkaak maken geen contact met die van de bovenkaak;

de tong ligt ontspannen tegen het gehemelte;

het puntje van de tong ligt ook tegen het gehemelte (maar zonder druk).

Vermijd bij acute pijnklachten tijdelijk het eten van hard of taai voedsel.

Adviezen bij kaakgewricht problemen:

Vermijd het wijd openen van de mond.

Als uw kaakgewricht pijn doet, kauw dan aan de pijnlijke zijde.